zaterdag 13 oktober 2018

We verlaten Nova Scotia, terug naar Amerika

Na ruim 2 weken Dartmouth is het ook nu weer tijd om te gaan vertrekken, we willen voordat we naar Yarmouth gaan nog een paar dagen naar Halifax.
Halifax is de hoofdstad en tevens de grootste stad van de Canadese provincie Nova Scotia en heeft ruim 450.000 inwoners. Halifax, het culturele en economische hart van de Atlantische Canadese provincies en de op één na grootste Canadese kuststad (na Vancouver in Brits-Columbia), ligt aan één van de grootste natuurlijke havens ter wereld.
We gaan, net als de vorige keer, ankeren op een zijrivier, de zogeheten North West Arm. Zijn hier samen met de K’dans niet de enige NL-ders, we ontmoeten hier SY Linde.
Vorige keer hebben we al veel van Halifax gezien, onze tijd nu gebruiken we om de was weg te brengen en de voorraden aan te vullen. De boodschappen moeten we zelf aan boord sjouwen, de was komt men aan het einde van de middag brengen, zo luxe!!
In het vorige verhaal over Halifax de foto’s vergeten, hierbij alsnog een impressie van de oa stad, het park, huizen aan de North West arm, jeugd honkbal:






















Woensdagavond is voor veel zeilverenigingen een avond voor wedstrijden. Bij Andijk hebben ze ‘woensdagavond wedstrijden’, maar in Lunenburg, Dartmouth en Halifax staat deze avond ook in het teken van wedstrijdzeilen.
Wij liggen op het randje van het wedstrijdveld, maar last hebben de 8 deelnemende boten niet van ons.  Het is wel leuk om te zien hoe iedereen op zijn manier de beste koers bepaalt om als eerste de boei te kunnen ronden (maar de beste stuurlui zitten gewoon lui in de kuip hahaha!!).
Ook leuk om te vertellen dat er een boot langs kwam, deze voer in de Bluenose-klasse (een kleine open zeilboot), de bemanning daarvan bleken wij eerder ontmoet te hebben in Spanje, bij Baiona. Daar kwam hij met zijn gezin in een dinghy langs om een Canadees dubbeltje af te geven met de afbeelding van de originele Bluenose. Zij waren met het gezin (pa, ma, 4 kinderen en een nanny!) onderweg voor een rondje Atlantic.
Hij herkende de boot en kwam even hoi zeggen, dit was wel een heel toevallig weerzien.
Tegenwoordig woont hij hier met zijn gezin aan de North West Arm.
We hebben 140 mijl voor de boeg als we het anker lichten, nog gedag zwaaien naar Sebastiaan, om vervolgens de baai uit de varen op weg naar Yarmouth.
Met 1 rif in het grootzeil en af en toe een stukje genua weggedraaid komen we de dag en nacht prima door.
Gedurende de volgende dag blijkt dat we het niet redden om voor donker in Yarmouth aan te komen, we besluiten te gaan ankeren bij Pubnico. Ziet er bij binnenvaren niet erg inspirerend uit, aangezien we toch niet van boord gaan, morgen immers weer verder, maakt het niet zoveel uit.
Anker ligt bij de eerste keer meteen goed vast en dan is het hobbelen geblazen, we liggen dwars op de wind, veroorzaakt door stroom tegen wind. De stroming hier is sterker dan de wind en zodoende komen we niet met de kop in de wind te liggen. Een paar uurtjes later gaat de stroom de andere kant op en hebben we toch een rustige hobbelloze nacht.
Met een anker weet je het maar nooit, dus zoals altijd zetten we wel het anker alarm aan, mochten we gaan krabben dan worden we gewaarschuwd.
Altijd lekker om met de stroom rekening te houden, alleen als de stroom ’s morgens om 06.00 uur gunstig is om te vertrekken, dan is dat wel hééééééél vroeg. Maar goed: morgenstond heeft goud in de mond (weet niet wie dit bedacht heeft!!).
We hebben wel een heerlijk windje, met NNE 4 en 30 graden aan de wind is het lekker opschieten. Dat moet ook wel want de stroom begint zo rond 11.00 uur weer tegen te lopen. Gelukkig hoeven we maar 25 mijl en lukt het ons ‘bijna’ voordat de stroom weer tegen gaat lopen het anker te droppen bij Yarmouth (niet veel later gevolgd door de K’dans) en waar we de Zahree ook voor anker zien liggen. Gezellig weerzien!
Canada zeggen wij gedag vanuit Yarmouth, hier vandaan zeilen wij in een paar dagen terug naar Amerika, om vervolgens te gaan inklaren in New Bedford in de staat Massachusetts.

Voordat we vertrekken hebben we nog een paar gezellige dagen samen met Zahree en K’dans.
K’dans gaat ook terug naar de States, Zahree gaat verder Canada verkennen, zij zullen overwinteren in Halifax (brrrrrr zo koud!!!!!).
De luie lijven moeten nodig aan het werk gezet worden, we gaan wandelen. Besluiten met z’n 6-en de wandeling naar de vuurtoren te maken, 15 kilometer verderop. Het is warm en dan blijkt 15 kilometer toch best ver. Terug doen we het slimmer, we bellen een taxi!!






Veel te snel gaan die paar dagen voorbij, voordat we het weten halen we het anker op en zeilen we
’s morgens om 07.30 uur de baai uit, uitgezwaaid door K’dans (zij wachten op meer wind), Zahree ligt nog op één oor. Later hebben we nog wel even marifoon contact met hen.
Afscheid hadden we gister al van elkaar genomen tijdens een heel gezellig etentje en daarbij ook nog lekker gegeten.
Er is niet veel wind maar voor ons genoeg om toch nog lekker te kunnen zeilen. Overdag gaat het best prima, niet heel veel snelheid, maar we zeilen. Tegen de avond kakt de wind eruit en moet de motor erbij. Motorzeilend gaan we de nacht in en gedurende de nacht gaat motor uit en weer aan en weer uit, zo’n jojo effect.
Het is lekker weer, dus genieten doen we!
Genieten ook  van de onwijs grote groep dolfijnen die langs komt zwemmen en van een klein eigenwijs vogeltje wat komt buurten. Niet dat ik wat heb met fladderende beesten, maar het doet ons geen kwaad alleen de muggen en vliegen moeten eraan geloven, dat vinden wij alleen maar prettig.
Ik ben niet zo heel blij als het vogeltje steeds brutaler gaat worden en naar binnen wil, maar het laat zich gedwee door Henk weer buitenzetten. Het lijkt wel een tam vogeltje, we kunnen het gewoon aaien.
Inmiddels gaan we onze tweede nacht in en onze logé is nog steeds aan boord, hebben een handdoek neergelegd zodat het lekker warm zit/ligt.
Alleen ja, dan gebeurt er iets vreselijks.
Midden in de nacht moet er wat aan het zeil gebeuren, het is donker dus zien wij niet echt wat in de kuip, toen is één van beiden op het vogeltje gaan staan en daar kon het niet zo goed tegen, de volgende ochtend lag het dood in de kuip. Vergezeld met lieve woordjes hebben we het een zeemansgraf gegeven.
“Gelukkig hebben we de foto’s nog”. 




Keurig op tijd komen we aan bij het Cape Cod kanaal om volop te kunnen profiteren van de stroom die meeloopt. Je wilt deze stroom van 4 á 5 knopen ook niet tegen hebben.
Het is bijna 17.00 uur als we besluiten vandaag niet door te varen naar New Bedford maar voor de nacht te ankeren bij Onset Bay, we zijn het namelijk wel een beetje zat. Morgen weer een dag!
En wat voor dag! Het begint met dikke mist, bah daar hadden we niet op gerekend, we moeten echt naar New Bedford om in te klaren, toch nog 26 mijl varen.
Na een uurtje wachten gaan we toch anker op en dan blijkt gelukkig alleen de baai in dikke mist te liggen en hebben we verder redelijk zicht.
New Bedford in zicht, de verplichte ‘gele’ douanevlag hadden we gister al gehesen aan stuurboord onder de Amerikaanse gastenvlag, melden ons telefonisch bij de autoriteiten. Zij noteren gegevens van paspoorten, bootpapieren, waar we vandaan komen etc. Als ze genoeg weten melden ze ons alleen nog dat wij hen moeten bellen als we in de haven liggen zodat immigratie aan boord kan komen.
Overnachten in de haven willen wij niet, wij willen ankeren, maar evengoed mogen wij gratis aan een steiger gaan liggen om op Immigratie te wachten.
Dan komt Steve aanzetten, wij nodigen hem uit aan boord maar dat blijkt niet nodig, hij wil alleen onze paspoorten. Kijkt of de foto’s bij ons horen, stempel in ons paspoort, we mogen blijven. Moeten alleen morgenochtend 09.00 uur het douanekantoor bellen voor onze boot license.
Gooien los van de steiger en vinden een ankerplek buiten de vaargeul en buiten het mooringveld, goed plekje? Of toch niet?
08.00 uur gaat de telefoon, de man van de douane. Hij geeft aan dat hij met anderhalf uur op kantoor is en dan onze license in orde zal maken en komt deze dan brengen! Brengen, ja geen probleem hoor. Wij geven aan toch naar de kant te gaan, kunnen deze gelijk ophalen. Ook prima, mocht hij er niet zijn dan ligt de license buiten zijn kantoor op de bank klaar voor ons.
Wat een super service, gelukkig is hij nog op kantoor en kunnen we elkaar nog even de hand schudden.
Douanekantoor
In New Bedford proef je de tijd van vroeger tijdens de walvisvangst. Het walvismuseum is zeer zeker de moeite waard, maar ook een bezoekje aan de plaatselijke VVV om daar te kijken naar een film over de historie van de stad. 



Aangezien er morgen slecht weer voorspeld is blijven we nog een dagje liggen, helaas moeten we dan aan een mooring. Het blijkt hier verboden om in deze baai te ankeren, je moet gebruikmaken van een mooring á 35 US dollar per nacht voor de lengte van onze boot.
Deze nacht mogen we nog blijven liggen maar morgen NIET meer. Haha toch 2 nachten mooring geld uitgespaard!
Helaas komt de voorspelling uit, veel regen en harde wind betekent een dagje aan boord blijven. Deze dag komen wij wel door met lezen en film kijken, geen probleem.
Dan is het toch echt tijd om weer te vertrekken, onze volgende stop is Block Island, dit eiland ligt in de Narragansett Bay en is een overblijfsel uit de ijstijd. Het is 25,21 km2 groot en heeft iets meer dan 1000 inwoners.
De dag begint met motregen, dat maakt ook dat het koud is. In de loop van de dag verbeterd het weer zich, de dikke truien kunnen uit.
Block Island is een vakantie eiland, Amerikanen komen hier massaal met hun boten in de vakanties of in het weekend naar toe, maar dan alleen maar in het seizoen wat loopt tot half september. Als wij er zijn is dit eiland al in winterslaap, veel winkels zijn gesloten en andere winkels zijn nog bezig de voorraden in grote kratten op te bergen om deze op te slaan voor het volgende seizoen.
Wandelend hebben we het eea van het eiland gezien zo ook de supermarkt. Op zo’n eiland zijn de boodschappen altijd duurder dan op het vaste land, immers alles moet per boot aangeleverd worden, maar hier is het wel extreem (8 US dollar voor een brood, een pond tomaten voor 9 dollar!!).
Na 3 dagen houden wij het voor gezien, we gaan naar Old Saybrook wat ligt aan de Connecticut River.
Zodra het licht is, 06.30 uur, gaat het anker omhoog en zijn we onderweg voor de 38 mijl die we voor de boeg hebben.
Als we om 14.15 uur aankomen in Old Saybrook hebben we heerlijk kunnen zeilen met windje 4 tot 5 bft die op 90 graden binnenkomt, alleen de laatste 7 mijl moeten motoren, de stroom begon tegen te lopen en de wind kwam toen pal van voren.
Volgens de pilot kun je goed en verantwoord liggen in de North Cove bij Old Saybrook (ook bij harde wind), ankeren op de rivier zelf is niet aan te raden door het vele scheepvaartverkeer en de heftige stroming.
Wat er niet bij geschreven staat is dat je hier niet kunt ankeren maar alleen aan een mooring kunt liggen (met de 35 dollar in ons achter hoofd bij New Bedford?) zijn wij hier niet blij mee en we willen hier nog wel een weekje blijven.
De havenmeester komt aanvaren en laat weten dat een mooring hier de eerste 3 nachten gratis is (daar zijn wij gek op), ook toen wij na 3 nachten aangaven nog langer te willen blijven bleek dat geen probleem, betalen hoeft hier niet.
Ook hier komen we weer mensen tegen die banden hebben met Nederland en zich hier in Old Saybrook gevestigd hebben. Het echtpaar, zij Amerikaanse en hij NL-der, komt even een praatje maken. Hij is weliswaar in Amerika geboren maar sprak Nederlands zoals wij dat doen. Aan boord van de Bluenose drinken we met z’n 4-tjes een wijntje en horen meteen over van alles en nog wat over Old Saybrook.
Old Saybrook is een leuk stadje, met 1 lange winkelstraat met een verscheidenheid aan leuke winkeltjes,  restaurantjes. Iets verder lopen is een grote supermarkt waar de prijzen weer “normaal” zijn.
31 oktober is het Halloween en dat zie je overal terug, etalages zijn volop versierd, pompoenen groot en klein te koop.

Ook bij ons aan boord ontkomen we er niet aan, kregen van Tineke en Herbert hele leuke lampjes met kleine pompoentjes die in het donker erg leuk licht geven.
Een dag na ons komen ook Karina en Gerard aan, het is vandaag hun trouwdag. Ze zijn blij dat ze na een lange koude dag bij ons aan boord kunnen aanschuiven voor een lekkere hap en natuurlijk is er taart.
De volgende dag komt de regen met bakken naar beneden, brengen de dag aan boord door met het kijken van films.
Gelukkig blijft het bij 1 dag regen en kunnen we nog een dagje doorbrengen om het stadje te bekijken en nog wat boodschappen doen. Karina en Gerard spotten de Penny Lane Pub en nodigen ons uit voor een etentje ter ere van hun trouwdag. Die uitnodiging slaan wij niet af en dat is maar goed ook, we hebben hier heerlijk gegeten.
New York roept, we moeten gaan!
Tot later!!

Nova Scotia_Canada - deel 3

Ik kom met een enorme camper het parkeerterrein van de Dartmouth Yachtclub op rijden (Gerard volgt met de leenauto), waar Karina, Marga en Henk alle spullen van boord al aan de kant gebracht hebben. De K’dans en Bluenose liggen veilig aan een mooring, wat kan er misgaan!
Gauw voor alle spullen een plekje zoeken en dan kunnen we gaan.

Met Karina als navigator en ik als bestuurder gaan we als een speer. Ons doel is om in 2 dagen naar Cape Breton te rijden, zo’n 500 kilometer noordwaarts.

Aangezien we vandaag pas om 15.00 uur konden vertrekken zoeken we na 3 uurtjes rijden onze eerste overnachtingsplek. We vinden een plekje in Truro, niet dat we hier zonder problemen aangekomen zijn. 
Het is even wennen om met een camper te rijden, echter na een aantal kilometers is het net of je in een gewone auto zit, behalve als je op een smal weggetje moet keren dan zijn een paar extra ogen aan de achterkant reuze handig.
Karina doet het goed met de navigatie, maar soms! Op zoek naar de uitgezochte camping kwamen we op een landweggetje terecht waar deze zich aan het eind moest bevinden. Helaas hielden strobalen en een kruiwagen ons tegen en dan ben ik met het keren erg blij met die extra ogen. Na een paar keer voor en achteruit steken staan we met de voorkant weer in de juiste richting (had het er wel erg warm van gekregen).
Karina niet voor  één gat te vangen, stapt uit, belt aan bij iemand en niet veel later komt er een auto voor ons rijden en na een achtervolging van een half uur zijn we dan toch op de camping. De mannen gaan meteen hout sprokkelen voor de vuurkorf en dan blijken het toch echte pyromaantjes, binnen no time hebben ze de fik erin.
 


Onder het genot van biertje/wijntje en de door de K’dans klaargemaakte macaronischotel genieten we van de ondergaande zon.

We hebben elkaar niet wakker gehouden met gesnurk, iedereen heeft eigenlijk wel lekker geslapen.Het is er gister niet van gekomen om naar de supermarkt te gaan, dus nu bij de eerste de beste naar binnen.Met 2 karren vol komen we terug bij de camper en dan blijken we onze plannen te moeten aanpassen. Door privéomstandigheden moet Marga naar huis, begrijpelijk maar iedereen is er wel even stil en verdrietig van. Een grote domper voor haar en natuurlijk ook voor ons, hadden ons allemaal verheugd om met z’n 5-en een weekje te gaan genieten.Karina neemt de touwtjes in handen en niet veel later blijkt Marga dezelfde avond al te kunnen vliegen. Op de terugweg naar de boot om Marga haar laatste spullen van boord te halen maken we nog een stop bij Fundy Tidel in Dowell Park.Hier is het grootste tij verschil ter wereld, 17 meter. Binnen een half uur stijgt het water 3 meter. Je kunt met een rubberboot de rivier op om vervolgens met hoge golven de rivier weer af te zakken. Er zijn zelfs mensen die dit op een surfplank gedaan hebben. Helaas kunnen we hier niet opwachten, zou vervelend zijn als Marga daardoor haar vlucht mist.


Marga pakt haar laatste spullen van boord en dan trakteert ze ons nog op een heerlijke lunch. Na eerst nog een kijkje genomen te hebben op de reeds uitgezochte camperplek is het helaas tijd haar naar het vliegveld te brengen. 
Gelukkig heeft zij samen met zus en zwager nog wel een week kunnen genieten van een prachtig Canada.

Met z’n 4-tjes rijden we naar Dollar Lake Provincial Park en maken nieuwe plannen. 


na gedane zaken met de boel geleegd worden
Geen Cape Breton, we kiezen nu om naar het Kejimkujikpark te gaan.
Gerard en ik wisselen elkaar af met het rijden, als Gerard stuurt dan is Henk de navigator. Of hen dat net zo goed afging als het vrouwelijke duo laat ik mij hier in deze blog niet over uit!!
We toeren door een prachtig Canada, wat een natuur! Heuvel op heuvel af, bomen links en rechts, velden vol met mais, koeien, paarden en ook veel wijn boeren maar ook veel Kerstboom kwekerijen.







Het weer is hier uitzonderlijk warm en droog voor de tijd van het jaar, de lange broeken en truien zijn de kast nog niet uitgeweest, alleen een trui voor de avonden is aangenaam.
Dat maakt het natuurlijk allemaal veel leuker dan dat je hele dagen regen hebt.

Er schijnen in dit stuk van Canada ook meerdere prachtige watervallen te bestaan, echter wij vinden ze niet. Zijn oa op zoek geweest naar de plek waar zich 7 watervallen moesten bevinden, via onverharde wegen, grindpaden en dat alles met een camper, bereiken we de plek waar het water naar beneden zou moeten kletteren!
Alleen een ieniemienie stroompje kwam er de berg af verder helemaal niets, geen druppel. 



Soms is het net of we met de boot onderweg zijn, daar hoor je onder het varen ook af en toe wat gerinkel van borden/glazen. In de camper hebben we het ook duidelijk niet helemaal onder controle, bij het nemen van hobbels horen wij regelmatig het nodige rammelen en rinkelen. Morgen nog maar een paar extra handdoeken bij het servies en bestek proppen.
Staan op hele leuke plekken waar geen stroom, water of elektra is en je gewoon ouderwets moet poepen in een groot gat in de grond. 



Beetje nostalgisch gevoel, vroeger tijdens onze kampeeruitjes met mijn ouders en broers was dit heel gewoon.
Geen idee of dit hygiënischer is dan de toiletten die wij nu gewend zijn, het rook in ieder geval niet zo.
Wat grappig is dat we veel Canadezen spreken die geboren zijn in NL en op jonge leeftijd met ouders zijn verhuisd of die geboren zijn in Canada maar nog altijd familie hebben in NL. In het gebied waar wij rondrijden komen we opvallend veel mensen tegen die uit Friesland komen.

Hebben een mooi plekje toegewezen gekregen in het Kejimkujikpark, de eekhoorns vliegen ons aan alle kanten voorbij en één is wel in voor een lekker pindaatje. 







Op alle kampeer/camper plekken staat een picknick tafel en een vuur korf, je mag echter bij veel parken geen eigen hout mee nemen om te branden of hout sprokkelen in het bos, hout moet je bij hen kopen. Ze zijn enorm bang voor de boktor kever die in sommige delen van Canada al grote schade toebrengt aan bomen.

Het Kejimkujikpark park heeft een oppervlakte van ruim 257 km2 waar veel wandelpaden zijn maar waar je ook kunt kanoën of kajakken.
Wij huren voor 2 uurtjes een kano (kon ook voor 1 uur, maar dat vonden wij te kort, dom als wij zijn!). Nog nooit in een kano gezeten en dan is het instappen al een uitdaging.
Het lukt zonder een nat pak te halen en peddelen ons de rivier op. Oké soms zitten we in de oever of aan de grond, maakt allemaal niet uit, we hebben lol en genieten van al het moois om ons heen.











Na anderhalf uur hebben we er genoeg van, hebben pijn in ons rug (volgende keer een kano met rugleuning misschien) en hebben trek in iets te eten. Daarvoor moeten we nog wel een stevig uurtje lopen maar dan zitten we aan de hamburger met patat, geen andere keus mogelijk.
Zijn bezig met onze terugtocht van 11 kilometer naar de camper als we een reeën tegenkomen, blijven hier even in stilte van genieten. 




Helaas of wellicht gelukkig laten de zwarte beren zich niet zien, had stiekem toch wel heel spannend geweest.
Onderweg vinden we altijd weer een leuk plekje om koffie te zetten of een lekkere lunch klaar te maken.


Soms is dit op een parkeerplaats langs de weg maar soms ook midden in een dorpje. Eén van die dorpjes is Wolfville, gezellig winkelstraatje en herbergt een Universiteit uit 1838 met 3800 studenten.



Karina en ik zijn wel toe aan een knipbeurt, helaas blijken de 6 kappers die in deze straat zitten geen tijd te hebben voor ons. We gaan straks een nieuwe poging wagen als we weer in Halifax zijn.

Helaas komt de dag in zicht dat de camper weer teruggebracht moet worden. Onze laatste dag stuurt Karina ons langs prachtige plekjes en hierbij probeert ze de snelweg te vermijden. Dat lukt haar tot de laatste 20 kilometer, dan moeten we toch echt die snelweg op.
Terug bij Dartmouth Yachtclub is het camper uitruimen (schoonmaken hoeft gelukkig niet), alles terug brengen naar de boot waar blijkt dat wij aan een andere mooring liggen. Er is toch is misgegaan!
Tijdens onze afwezigheid heeft het hier nogal behoorlijk gewaaid, daar bleek de ketting van de mooring niet bestand tegen. Door opmerkzaamheid van de haven konden ze onze Bluenose zonder schade vastmaken aan een andere mooring.
Morgen camper terug naar de verhuurder en dan is er, na 1073 kilometer op de teller, toch echt een eind gekomen aan een hele gezellige week waarin we genoten hebben van elkaar, van de camper, van lekker eten en drinken maar ook van alle mooie plekjes onderweg, de camperplekken en van de prachtige natuur die Canada rijk is.

Tot later!!